Pastoraat, hoe doe je dat in deze crisistijd?

door dr Theo Hettema

Pastoraat is zorg en aandacht geven aan een ander. En dat op zo’n manier dat die ander iets van geloof, hoop en liefde ervaart zoals we die in de kerk met elkaar delen. Dat pastoraat staat onder druk bij de coronacrisis. Want allerlei vanzelfsprekende vormen van contact zijn niet meer mogelijk. Wat is van belang in het pastoraat? En welke vormen van pastoraal contact zijn mogelijk?

In tijden van crisis en grote verandering komen allerlei verwarrende gevoelens naar boven, die je kunt scharen onder de vier B´s van bang, bedroefd, boos en blij. Mensen zijn bang omdat er veel vragen zonder geruststellend  zijn: wie kan er voor mij boodschappen doen? Kan ik nog wel eten kopen? Kan ik de medicijnen blijven krijgen die ik nodig heb? Is er voor mij straks nog wel thuishulp? Wanneer kan ik naar het ziekenhuis voor onderzoek of een uitgestelde behandeling?

Mensen voelen zich bedroefd: ik ben verdrietig omdat ik niet naar mijn moeder in het ziekenhuis kan of naar mijn opa in het verpleegtehuis, terwijl ik weet dat een bezoekje zo nodig is. Soms voelen mensen zich boos: op andere landen, op groepen in de samenleving, op de regering, op de kerk, op God… En soms is er ook een gevoel van blijdschap: nu hoef ik niet naar school, nu kan ik eindelijk de zolder eens opknappen, eventjes geen files. En daar kun je je weer voor schamen.

Voor al die verwarrende gevoelens, zowel bij jezelf als bij degene met wie je spreekt, geldt: ze negeren of veroordelen helpt niet. Gevoelens zijn er nu eenmaal en duiken juist op wanneer je ze opzij schuift. Het is beter om gevoelens te benoemen. Dat maakt ze niet groter en niet kleiner dan ze zijn. Dus stel vragen als: hoe voelt dat voor u? Wat gaat er in u om?

En probeer na het benoemen van gevoelens te vragen naar de mens achter de gevoelens, met waarden, een droom van wat belangrijk is voor iemand, een mens met geloof, hoop en liefde ook. Hoe kan iets daarvan gestalte krijgen? Wie of wat kunnen daarbij worden ingeschakeld? En wat kun je daar als pastor/bezoekmedewerker in betekenen of bemiddelen?

Wat is er niet mogelijk in het pastoraat tijdens de coronacrisis?

Wanneer u als pastor/bezoekmedewerker verkouden bent, niest of hoest, ook al heeft u geen koorts, moet u wegblijven bij kwetsbare mensen. En dat is een grotere groep dan u misschien denkt. Ook al vindt u het zelf verantwoord, u zadelt hen op met onzekerheid en ze voelen zich vaak niet in de positie om nee te zeggen, terwijl ze dat wel zouden willen. Neem dus zelf die verantwoordelijkheid.

Wanneer er wel een persoonlijk bezoek is, houdt u dan aan de voorgeschreven regels: 1,5 m afstand, niezen in de elleboog, geen handdruk en goed handen wassen.

Welke vormen van pastoraal contact zijn er wel mogelijk?

Pastoraal contact is iedere vorm van contact waarmee we zorg en aandacht voor een ander in en om de gemeente uitdrukken. Dat kan op allerlei manieren.

1. Wandeling. Sommige pastores melden dat ze een wandeling maken met een pastorant. U kunt dan goed de regel van 1,5 m afstand bewaren en toch een gesprek voeren. Het wandelen kan juist een goed gesprek oproepen!

2. Telefoon. Misschien gebruiken we de telefoon tegenwoordig vooral om afspraken te maken, maar het is natuurlijk een prachtig middel om met iemand te praten en daar de tijd voor te nemen. Voor pastoraat per telefoon hebben we apart nog wat tips op een rij gezet. (zie onder aan artikel)

3. Een kaartje in de brievenbus. Een mooie kaart met een bemoedigende krabbel, een mooie tekst. Schrijf iets wat u zelf zou willen ontvangen!

4. Berichten/chatdiensten. Met Sms, Messenger, Whatsapp of andere chatdiensten kunt u berichten sturen. Even een kleine krabbel om iemand sterkte te wensen, een emoji als opsteker, of een uitgebreider vraag en antwoord. Mensen kunnen even nadenken wat ze zeggen en wanneer ze reageren, en dat verdiept het gehalte van het gesprek.

5. Skype, Facetime en andere videodiensten. Ideaal omdat u ook iemand kunt zien. Vooral de jongere generatie is er bedreven mee. Met iedere smartphone kunt u contact leggen en laten zien dat u iemand aandacht geeft. Zorg voor oortjes of een headset en een achtergrond die niet te veel afleidt.

6. Telefooncirkel. Pastoraal contact kan zich afspelen binnen een groep, bijvoorbeeld een maaltijdgroep, een Bijbelkring, een gespreksgroep. Laat mensen elkaar bellen en spreek daar indien mogelijk een vast moment/dagdeel voor af. Daarvoor kunt een telefoonboom maken: wie belt als eerste met wie, wie volgt daarna. De eerste van de boom is ook degene die u belt wanneer een ander niet opneemt. De eerste kan dan actie ondernemen.

7. Een Whatsappgroep (of andere berichtendienst). Zo´n groepsapp is ideaal voor het plaatsen van kleine berichten of pastorale bemoediging, delen van voorbeden en meeleven. Sommige voorgangers plaatsen een regelmatige een bemoedigende kleine videoboodschap of ingesproken geluidsbestand in whatsappgroepen.

Tip: Doe het videobestand of geluidsbestand niet als bijlage bij een bericht, want dat neemt veel data in beslag en niet iedereen heeft een abonnement met een grote databundel. Zet een filmpje of geluidsbestand op Facebook of YouTube en deel de link naar die post.

8. Een pastoraal moment in het kerkgebouw (of in een wijkcentrum). Er zijn gemeenten die overdag hun gebouw openstellen voor inloop, gelegenheid om stil te zitten, te bidden, een kaarsje aan te steken en mogelijk een individueel gesprek te hebben. Zorg dat het voor een pastor, gastheer of gastvrouw duidelijk en veilig toeven is. Zorg voor een rustige, uitnodigende plek en geschikt materiaal (Bijbel, gebedsteksten, een gebedenboek om in te schrijven — wel de pen desinfecteren na gebruik.)

9. Schrijf een pastorale brief naar de gemeenteleden met praktische informatie, pastorale/diaconale contactgegevens en een kleine bemoediging. Hier vindt u een voorbeeld: Voorbeeldbrief aan gemeenteleden corona

10. Zorg voor duidelijke pastorale elementen in de viering die je mogelijk uitzendt via kerkomroep of internet. Benoem gevoelens in gebed en voorbede, denk pastoraal in je liedkeuze en verwoording in liturgie en verkondiging.

Er is meer mogelijk dan u denkt en we hopen dat deze lijst ideeën oproept. Hebt u suggesties voor pastorale contactvormen? Mail ze naar info@protestantsekerk.nl .

19 tips voor telefonisch pastoraat

Een pastoraal gesprek of contact van aangezicht tot aangezicht is niet mogelijk in de periode van de coronacrisis. Maar een telefoongesprek is een goed alternatief. Hierbij 19 tips om van een telefoongesprek een moment van goede pastorale ontmoeting te maken.

1. Een telefoongesprek kan een overval zijn. Dus probeer het af te spreken.

2. Zorg voor een rustige ruimte en voldoende tijd. Houd een kladblok en pen bij de hand.

3. Maak duidelijk wat je wilt: een korte vraag, een huisbezoek op afstand en vraag of het gelegen komt.

4. Begin een telefoongesprek met duidelijke vermelding van uw naam, uw functie, namens wie u belt, en waarom u belt. Zeker oudere mensen hebben even tijd nodig om je te plaatsen.

5. Vraag of het schikt.

6. Spreek duidelijk en rustig.

7. Begin met een eenvoudige open vraag, bijv. ‘hoe gaat het met u?’. U merkt dan wel of mensen het in eerste instantie liever over ‘koetjes en kalfjes’ hebben, of liever meteen de diepte in gaan.

8. Als u vindt dat het gesprek teveel over ‘koetjes en kalfjes’ gaat, kunt u vragen stellen over gevoelens van mensen: ‘hoe voelt u zich?’ ‘wat roept deze tijd bij u op?’  (zie tekening)

9. Nog een laag dieper kan over geloof en zingeving gaan. Vragen die op dat vlak gesteld kunnen worden: ‘wat betekent het voor u?’ ‘kunt u nog vertrouwen houden?’ ‘zijn er Bijbelteksten of liedteksten die nu belangrijk zijn voor u?’ (zie tekening)

10. Het is belangrijk om goed te luisteren naar ‘signaalwoorden’ (bijvoorbeeld: ‘angst’, ‘onzekerheid’, ‘alleen’, ‘weet het niet’, ‘bang’, ‘vertrouwen’, ‘onzekerheid’), en daarover door te vragen of te praten.

11. Volg uw gesprekspartner in de lijn die hij of zij aanbrengt. Mensen hebben soms de behoefte van zich af te praten. Het helpt dan om steeds de laatste woorden van de zin van de gesprekspartner te herhalen, en daarop door te vragen.

12. Soms vallen mensen in herhaling. Dat kan een functie hebben. Door steeds opnieuw iets te vertellen, zetten mensen dingen op een rijtje en brengen ze structuur aan.

13. Bij telefonisch pastoraat hebt u alleen uw stem en de stilte als communicatiemiddelen. U kunt mensen niet in de ogen kijken, u ziet geen gezichtsuitdrukking, u ziet geen non-verbale communicatie, u ziet geen omgeving. Dit betekent dat u vaker moet checken wat de ander precies bedoelt, zeker als het om het verwoorden van gevoelens gaat. Probeer samen te vatten en te vragen of de samenvatting klopt.

14. Wees niet bang voor stiltes. Vaak helpt de stilte de ander de dingen op een rij te zetten.

15. Vraag bij eenzame mensen naar contactpersonen en contactgegevens (telefoonnummers) en noteer die.

16. U merkt aan de ander wanneer het gesprek lang genoeg heeft geduurd. Mensen beginnen zelf te bedanken voor het gesprek, of praten over wat ze na dit telefoontje gaan doen.

17. Als u zelf vindt dat het gesprek lang genoeg heeft geduurd, kunt u rustig naar een eind toewerken. U kunt het gesprek samenvatten, en vragen of er nog iets is waar over gesproken moet worden.

18. Als u wilt, kunt u aan het eind van het gesprek melden dat uw gesprekspartner u altijd kan bellen ‘als er iets is’, en dat u anders over bepaalde tijd weer contact op zult nemen. Wees betrouwbaar in uw toezeggingen.

19. Maak zo mogelijk een verslagje van het gesprek, zodat u de volgende keer kunt voortborduren op wat er gezegd is.

(Dr Theo Hettema is wetenschappelijk beleidsmedewerker pastoraat dienstenorganisatie Protestantse Kerk)

Lees ook het interview in het Reformatorisch Dagblad (20 maart 2020) met ds Maarten Post uit Stavenisse: Pastoraat in tijden van corona. Klik hier